Welkom bij de rubriek UITGEWERKT waarin we gepensioneerde informatica docenten interviewen. Onze zesde gast is: Gijsbert Ruitenbeek.
Gijsbert Ruitenbeek is sinds 2013 met pensioen als docent. Hij heeft voornamelijk scheikunde en informatica gegeven. In 2013 is hij samen met zijn gezin naar Zwitserland geëmigreerd. Het interview is afgenomen door Maarten van Sprang.
”Ik ben Gijsbert Ruitenbeek en ik zit vanaf 1985 in het onderwijs. Op mijn eerste school, het Sint Bonifatiuscollege in Utrecht, ben ik naast scheikunde begonnen met informatica/informatiekunde onderwijs. Het computerlokaal bestond uit 8 Aster computers in een soort van primitief netwerkje. Het populairste programma was ‘het limonadestalletje’, een simulatieprogramma geschreven in de programmeertaal Basic. Ik heb daar tot mijn vertrek naar Thailand in 2002 gewerkt.
Mijn vrouw deed in Thailand promotieonderzoek bij het Thaise Rode Kruis. Bij terugkomst in Nederland in 2006 ben ik als scheikundedocent gaan werken op het Herman Jordan Montessori Lyceum in Zeist. Twee jaar later ben ik overgestapt naar UniC in Utrecht. Unic was het nieuwe openbare onderwijs van de gemeente Utrecht, gestart in 2004. Drie kernwaarden van deze school zijn Eigenheid, Verbondenheid en Autonomie. Bij Autonomie ligt de nadruk op zelfstandigheid. Daar komen computers dus goed van pas en dientengevolge worden deze veelvuldig ingezet.
In 2013 zijn we met ons gezin -opnieuw door werkzaamheden van mijn vrouw- verhuisd naar Zwitserland. En daarmee is mijn loopbaan als docent ten einde gekomen. Een soort van met vervroegd pensioen, zeg maar. Maar bedenk dat veel van mijn collega’s in de 90-er jaren met 57 jaar al regulier met pensioen zijn gegaan. Sommigen van hen zijn ondertussen al langer met pensioen dan dat ze gewerkt hebben. Zover ben ik nog niet…! We hebben enkele jaren met ons gezin in Zwitserland gewoond en de laatste vijf jaar op Bonaire. Sinds kort zijn we weer terug uit Bonaire en wonen we weer in Nederland. Misschien dat ik mijn oude beroep weer ga oppakken, je weet maar nooit.”
Welke ontwikkelingen heeft je vak meegemaakt?
”De personal computer zoals we die nu kennen bestaat pas een kleine 50 jaar dus ik denk dat we nog aan het begin van de mogelijkheden staan. Ik denk wel dat internet de wereld en ook het vak informatica definitief heeft veranderd.”
Denk je dat online leren beter is dan uit een boek?
”Beter? Wat is beter.” Het is in ieder geval onvermijdelijk. Door de afgelopen Covid-periode is online leren definitief op de kaart gezet.
Op UniC deden we dat al 10 jaar eerder. Individuele uitleg nam ik op met mij iPad en die uitleg postte ik op Facebook zodat andere leerlingen uit mijn groep daar ook weer gebruik van konden maken. ‘Flipping the classroom’ nog voor dat het officieel bestond. En met online leren waren we in staat om ook ouders intensief bij het onderwijs te betrekken. Ik denk dat ook mede daardoor Unic een succesformule bleek.”
Wat vind je van de telefoon in het onderwijs?
”Toen ik op Unic startte (2008) was de eerste iPhone net een half jaar op de markt. Ze verschenen ook al in de klas. Dat vond ik super handig. Leerlingen zaten verspreid in een groot gebouw. Doordat ze een eigen telefoon hadden waren ze gemakkelijk met groepsapps te bereiken. Ook ons eigen ontwikkelde onderwijsplatform ‘Edunic’ was hiermee gemakkelijk te raadplegen. Het is echt een verrijking gebleken voor ons onderwijs.
Vaak wordt gezegd dat een telefoon afleid. Maar was dat vroeger niet anders? Dan “bestudeerde” je de inhoud van je balpen of ‘chatte’ je met medeleerlingen door boodschappen op de tafel te schrijven, of briefjes door te geven. Ik denk dat het een taak is van de docent om je te leren omgaan met je tijd. Allerlei afleidingen c.q. je mobiel zal je in je latere loopbaan immers evengoed hebben.”
Zijn leerlingen vaardiger dan docenten?
”Leerlingen zijn natuurlijk vaardig in dingen die ze veel doen, bijvoorbeeld Instagram. Maar ik denk dat ik als docent weer vaardiger ben in een Prezi (online presentatiesoftware, red.) maken.”
Hoe denk je dat het was om in coronatijd les te geven?
”Ik denk dat het voor een school als UniC niet zo’n probleem was. Zoals eerder gezegd liepen ze al 10 jaar voor met online onderwijs. Veel scholen werden daar pas in 2020 mee geconfronteerd. Dan heb je de afgelopen jaren toch een hoop kansen laten liggen. En ook nu zie ik bij bijvoorbeeld de school van mijn kinderen dat er nog steeds niet voldoende in geïnvesteerd wordt.”
”Informatica voor de bovenbouw was net zo’n beetje uit zijn kinderschoenen toen ik naar Thailand vertrok. Er waren toen een 3-tal methoden: Informatica-Actief, Turing en Fundament Informatica. Fundament Informatica was al wat langer op de markt dus die methode zat wat degelijker in elkaar.”
”Ik denk dat het in de huidige situatie misschien wel onvermijdelijk is, maar toch ook wel jammer. Maar na al die jaren wordt informatica als vak, en mindere mate het hele onderwijs nog steeds niet serieus genomen. En dat is zeer slecht voor de kwaliteit van het onderwijs.
Goed opgeleide docenten zijn daarvoor een eerste vereiste. Maar je zult na zo’n opleiding wel baanperspectief moeten hebben. Bedenk dat informaticadocent eigenlijk altijd een parttime baan is. Daarvoor is de lessentabel gewoon te beperkt. Overigens geldt dat probleem mijns inziens voor het gehele onderwijs. Kijk maar op een onderwijsvacaturebank. Genoeg vacatures voor docenten maar nauwelijks voltijd vacatures te vinden. En op meerdere scholen werken is rooster technisch niet altijd mogelijk, vaak ook onpraktisch. En als je ene school in de vroege vakanties valt en je andere in de late dan kun je dus maar 1 week op vakantie. (Dus voor-die-lange-vakanties hoef je het onderwijs ook al niet meer in).”
Wat is je altijd bijgebleven met betrekking tot lesgeven?
”Dat is een moeilijke vraag want er zijn bij mij heel veel leuke dingen bijgebleven. Bij het werken met kinderen gebeurt er immers elke dag wel wat.
Maar de leukste situaties herinner ik me bij mijn eerste school, het Bonifatiuscollege. Met twee andere collega’s, (samen ‘het Triumviraat’ geheten) en een aantal leerlingen (de ‘BoniBarploeg’) organiseerden we alle schoolfeesten. Van carnaval tot eindexamenfeest. In die tijd was roken en alcohol al niet gezond, maar nog wel onlosmakelijk verbonden met uitgaan. Er vloeide dan ook behoorlijk wat bier in die tijd. Met die collega’s en een groot aantal leerlingen uit die barploeg hebben we nog jaarlijks een reünie op het Ledig Erf in Utrecht.
Wat was het hoogtepunt van je carrière?
Het opvallendste wat mij is bijgebleven, met recht een hoogtepunt, is hoe zelfstandig kinderen worden, en hoeveel ze aankunnen als je ze durft los te laten, zoals we dat op Unic deden. Dat ‘loslaten’ gebeurde op allerlei vlakken. Zo was ‘klassikale les volgen’ niet verplicht. Er was geen bel, noch vastgestelde pauze-momenten. Dat geeft unieke en oprecht gemotiveerde kinderen.”
Wil je ook in de rubriek ‘Uitgewerkt’, net als Gijsbert Ruitenbeek? Stuur dan een mail naar [email protected] en we nemen contact met je op voor een interview.