Voor de zomervakantie gingen wij op bezoek bij Jan de Bruin van basisschool Kids College in Wilnis. Hij vertelt ons over zijn onderwijservaring, het werken met DIGIT én hij deelt zijn visie op het onderwijs in de toekomst. Bekijk het interview hier.
Liever lezen? Lees het volledige interview hieronder.
Vertel eens wat over jezelf.
“In een grijs verleden ben ik begonnen op de HTS, een Technische opleiding. 20 jaar in een technische bedrijfsomgeving gewerkt. En toen in het jaar 2000, toen kwamen die zij-instromers een beetje op gang. Toen ben ik het primair onderwijs ingegaan. Ik moest echt leren lesgeven want dat kon ik helemaal niet. En nu lijken alle stukjes in elkaar te gaan passen. Ik kan m’n pedagogische kwaliteiten botvieren. En m’n technische achtergrond kan ik ook volop kwijt in wat ik hier mag doen. Dus genieten.”
Wat ben jij voor leerkracht?
“Ik heb het weleens omschreven dat je eigenlijk een soort levensmaatje van de kinderen bent voor 1, 2 of 3 jaar. Ja, je wandelt met ze mee op hun levenspad en dat is toch echt wel wat meer dan dat rekenlesje of dat taallesje. Normen overbrengen, cultuur overbrengen, de mooie dingen van het leven, muziek en kunst. Het hoort er wat mij betreft allemaal bij.
Hoe gebruiken jullie ICT op school?
“In de beginjaren was dat nog vrij weinig. Toen ik het onderwijs inkwam stonden er drie of vier computers achter in de klas in een hoekje en daar mochten kinderen af en toe wat op doen. De laatste paar jaren is dat in rap tempo veranderd. Wij werken hier nu met een Chromebook platform. Dat is ontzettend stabiel. Kost totaal geen tijd als ICT-er met updates of wat dan ook. Die dingen werken altijd. Geen verloren lestijd. En daar maken wij heel intensief gebruik van.”
Dus jullie zijn al best digitaal?
“Toen wij de school wat gepimpt hadden en opgeknapt. Een nieuwe naam gegeven. We heetten voor die tijd de Prinses Beatrixschool. Als je het over oubollig hebt dan is dat, vandaag de dag, die naam wel. Die naam moest echt anders. Kids College, dat straalt iets uit, dat is modern en heftig! Toen hebben we boven de deur ‘een wereld vol mogelijkheden’ gezet. Dat was onze slogan. Dat staat er nu nog steeds, maar eigenlijk hebben we het al een paar jaar over een digitale wereld vol mogelijkheden. Er kan zoveel digitaal.”
“De kinderen hebben vanaf groep 4 ook een eigen Chromebook, op naam gesteld. Daar zijn zij verantwoordelijk voor. Dingen gaan dus ook bijna nooit stuk want het is hun Chromebook. En toen we zo bezig waren kwam het besef dat we wat met die digitale vaardigheden moesten gaan doen. Want als je dat zo zwaar laat wegen voor kinderen dan kun je ze niet zomaar in het diepe gooien en “bekijk zelf maar hoe je daarmee omgaat en wat je ervan opsteekt. Daar moet je als school ook wat mee.”
Welke groep heb je dit jaar?
“Ik werk vier dagen in de week. Ik ben nog een dag ambulant ondersteuning voor directie. Dus eigenlijk drie dagen lesgebonden. Qua formatie kwam het zo uit dat er allemaal fulltimers waren voor die groepen. Op het moment dat ik een groep zou krijgen zou ik de helft van de week voor de groep staan en een andere fulltimer zou ook weer wat anders moeten. Totaal geen logisch plaatje. Het lag voor de hand om mij uit de groep te halen. Dat was wel even wennen, maar eigenlijk had ik mijn verlanglijstje voor de invulling van de tijd al wel klaar. Dus dat was eigenlijk heel snel bekeken van naja dan gaan we in ieder geval een deel van die tijd invullen aan digitale geletterdheid. Dat was helder. Maar dan komt de 2e stap. Als je dat dan toch structureel wilt doen dan moet je niet zomaar uit de losse hand hier en daar eens wat lesjes gaan geven, want dat gaat dan ook niet werken. Toen ben ik op zoek gegaan naar iets wat mij aansprak. Toen ben ik bij DIGIT terechtgekomen.”
Met welke groepen doe je DIGIT?
“Wij geven het nu bij groep 5 tot en met 8. Omdat we klein zijn werken we met combinatiegroepen. 5/6 is een combigroep, 7/8 is een combigroep. Dat is best zwaar voor een groepsleerkracht. Dus we hadden het zo bedacht dat ik een middag in de week de helft van zo’n groep eruit haal. Bijvoorbeeld op de dinsdagmiddag pa ik eerst 3 kwartier groep 7 eruit. Dan heeft die leerkracht 3 kwartier alleen groep 8 onder de hoede. Kan heel effectief aan de slag gaan met die klas. Ik kan 3 kwartier besteden aan digitale geletterdheid en drie kwartier later wisselen we om en gaat de andere groep. En dat doen we later in de week nog een keertje met de andere. Dan heb ik nog wat tijd over voor 3-4 en voor de kleuters om wat dingetjes te doen, dat combineer ik dan ook met techniek en dat soort dingen of computers uit elkaar halen. Dat soort zaken.”
Heb je vooraf een planning gemaakt en doelen gesteld?
“We hebben nog geen doelen gesteld. Ik heb wel gebruik gemaakt van de leerroutes die jullie hebben. Als je nu start in groep 5, dan heb je vier leerjaren de tijd om het pakket aan te bieden. Als je start met de huidige groep 8 heb je nog maar 1 schooljaar. Wat ga je dan in dat ene schooljaar als meest belangrijke onderdeeltjes pakken. Dat heeft mij wel houvast gegeven.”
“Voor de rest was het natuurlijk een bijzonder jaar omdat we ook met de corona perikelen hadden. Dan gingen we ineens weer dicht en dan gingen we weer open. Het was improviseren. Eigenlijk voor wat betreft de digitale vaardigheden hebben we daar nog wel profijt van gehad. Want wat kun je mooier op afstand geven dan DIGIT-po. Op een gegeven moment hebben we het zo gedaan, juist omdat ik geen echte klas had wat moest ik thuis? Nou de leerkracht ‘ochtends de klassen 5, 6, 7, 8. En ik had 4 middagen in de week ter beschikking. Nou dan pak ik geen 1 moment, ik pak 2 momenten. Tijdens de lockdown situatie, hebben ze anderhalf uur in de week iets gedaan met digitale geletterdheid.”
Welk onderdeel van DIGIT is jou het meest bijgebleven?
“Dat stukje social media. Wat ze ontzettend leuk vonden: Er wordt een begin van een scene afgespeeld en afhankelijk van het antwoord wat ze geven gaat het scenario een bepaalde kant op. En op een gegeven moment hadden ze dat door. Dan is de hilariteit om alle antwoorden uit te proberen die je kunt geven en wat gaat er dan gebeuren. Dat is heel gezellig lachen, maar die kwam wel erg binnen bij ze.”
Vind jij digitale geletterdheid genoeg geborgd zo?
“Over 5 jaar bereik ik de pensioengerechtigde leeftijd. Lijkt me ook heel mooi. Ik geniet nog volop van wat ik hier doe en mag doen. Maar we gaan er nog wel een slag in maken. Die kwam min of meer toevallig op onze weg. Bij ons binnen de stichting werken we met externe audits. Dan komen er mensen van een andere school hier kijken onder leiding van iemand van buitenaf alsof het een inspectie is. Dan wordt je aardig doorgezaagd. Maar het werkt wel. Want er komen dingen naar boven die nog beter kunnen. Men was erg enthousiast, ook op de manier waarop we dit helemaal op hadden gepakt, digitale geletterdheid, 21e -eeuwse vaardigheden. Maar ook van ja hoe ga je dat borgen in je hele curriculum, zodat het niet meer afhankelijk wordt van mij. Dat kwam dus eigenlijk ook op een heel mooi moment. Dus we zijn gaan kijken van wat kunnen we daar nou aan doen en concreet betekent het dat ik volgend jaar de opleiding toekomstgericht onderwijs ga doen. En wat mij betreft heeft dat als doelstelling, niet zozeer mijn eigen ontwikkeling, maar hoe kan ik ervoor zorgen dat er over de jaren een soort stappenplan ligt, een beleidsdocument, wat niet alleen maar een papieren document moet zijn . wat ertoe leidt dat in 3 à 4 jaar, max 5 jaar. Dat hele stuk digitale geletterdheid zo geïntegreerd is in de school dat ik met een gerust hart kan zeggen ‘jongens ik ga van mijn pensioen genieten en het gaat hier vanzelf want jullie kunnen het, jullie doen het!’.”
Denk je dat jullie aanpak ook bij andere scholen kan werken?
“Ik denk dat het een goed voorbeeld is van hoe het zou kunnen. En dan wel meteen de kanttekening erbij wij hadden die gelukkige omstandigheid dat ik daar mee aan de gang kon. Misschien is het ook wel een hele erge pre om het op die manier te doen. Dat je een concreet kartrekker hebt die het vorm gaat geven, mits het draagvlak heeft van de rest van het team. Als die er al huiverig tegenover staan van oh wat die daar doet in zijn lokaaltje laat hem zijn gang maar gaan. Ik vind het eigenlijk al niks en ik wil ook helemaal niet dan gaat ie niet werken. Maar dat is hier anders.”
Tot slot, wat zou je andere scholen nog mee willen geven?
“Iedere onderwijsvernieuwing die je wil doen als je het serieus neemt, kost geld. Geld in de zin van echte harde knikkers, dus je zult een goede leerlijn binnenshuis moeten halen in wat voor vorm dan ook. Je zult er tijd voor vrij moeten maken. Tijd is ook geld. Misschien nog andere dingen faciliteren. Als je dat niet wil of niet kan, moet je er misschien niet eens aan willen beginnen. Dan gaat het volgens mij niet werken, want dan blijf het hapsnap, ad hoc, eventjes een lesje dit een lesje dat. In die zin hadden wij geen zorgen. De mogelijkheden ontstonden qua tijd in mijn persoontje, maar de school heeft het ook wel opgepakt door te zeggen dit willen we, dit gaan we serieus nemen en daar trekken we dus ook geld voor uit.”
Einde interview
Op de hoogte blijven van alle ontwikkelingen? Volg ons op Linkedin en Twitter.